Matty Hakvoort – September 2019 -“Ik vertel dit omdat ik niet alleen wil zijn voor dat ik alleen ben”

Matty Hakvoort – September 2019 -“Ik vertel dit omdat ik niet alleen wil zijn voor dat ik alleen ben”

R. Kopland
 
Deze laatste zinsnede in het gedicht ‘Een tuin in de avond’ is van Rutger Kopland en gaat over ‘het tijdelijke’ van het samen delen van verhalen. Het daaropvolgende moment is er alweer het alleen zijn. Soms is bij ernstig zieke mensen de hoop dat dit delen genoeg kan opleveren afwezig en sluit men zich daarvoor af. Daarnaast, als er sprake is van hevige angst en onzekerheid ontbreekt het vermogen om woorden te vinden.
 
Kort geleden vertelde een van onze bezoekers, die zijn partner twintig jaar geleden had verloren, hoe eenzaam hij was geweest gedurende het ziekbed, hij en zijn geliefde hadden heel weinig kunnen delen. De afstand die door de dreiging van de ziekte was ontstaan kon niet overbrugd worden. Zijn partner, moeder van drie jonge kinderen, was niet in staat, in het aanzicht van de dood, van haar resterende leven een nieuw verhaal te maken. Zij kon geen woorden vinden, ze was te angstig. Wij spraken hierover omdat bij een van zijn kinderen, door een ernstig ziek geworden partner, de geschiedenis zich dreigt te herhalen. Hij vertelde dat hij altijd ongerust was gebleven over wat het moeilijke afscheid destijds voor zijn kinderen had betekend. Zij hadden er nooit echt over kunnen spreken.
 
Hoe kun je woorden vinden en delen als het leven je afgenomen dreigt te worden, als betekenis en toekomst ontbreekt?
 
“De grenzen van de taal, vormen de grenzen van mijn wereld”.
 
L.Wittgenstein, (filosoof)
 
“Waar de kennis van je eigen taal ophoudt, kun je de ander en zijn of haar wereld niet begrijpen of zien, is wat Wittgenstein hiermee zegt.”
 
Ik moest aan deze tekst denken naar aanleiding van het boven genoemde woordeloze afscheid van een moeder met jonge kinderen. Het verlies en de stress waren zo groot dat het haar niet lukte een eigen taal te vinden voor wat haar overkwam, praten kon dan ook geen verlichting van ‘het alleen zijn’ opleveren. Als angst dreigt, betekent het bezig zijn met afscheid al gauw het bezig zijn met “ér niet meer zijn”, waardoor nog meer dreiging ontstaat.
 
Hoe moeilijk ook voor de geliefden, soms is het naar binnen keren en weghouden van afscheid de best haalbare houding om het verdriet ‘te overleven’. Aanwezig zijn, woordeloos een hand vasthouden, luisteren en voorzichtig blijven zoeken naar woorden die betekenis kunnen geven aan het geleefde leven is dan wat past.
 
Voor de nabestaanden is er een tweede kans om een eigen taal te verwerven voor wat eens een sprakeloos makend verdriet was. Ook na twintig jaar kan het samen delen en benoemen van wat gebeurd is enorm opluchten. Het benoemen leidde tot het besef dat het woordeloze afscheid niet als een tekort gezien hoeft te worden. Dit nam een heimelijk schuldgevoel weg. Er ontstond alsnog ruimte om het intense verdriet over de eenzaamheid tijdens het ziekbed beter te verwerken.